Bossen spelen een bijzonder belangrijke rol in de strijd tegen klimaatverandering en de uitstoot van broeikasgassen. Tijdens hun groei absorberen bomen koolstof uit de atmosferische kooldioxide en leggen deze vast in hun wortels, stammen en takken. Bossen, en dus ook bosbodems en houtproducten, zijn daarom belangrijke koolstofvoorraden.
Fotosynthese stelt bomen in staat om organisch materiaal te maken door CO2 uit de atmosfeer te combineren met water, met behulp van lichtenergie van de zon. Zuurstof (O2), geproduceerd door planten en van vitaal belang voor alle levende wezens, is een van de componenten die door fotosynthese wordt geproduceerd.
De koolstofput verwijst naar het effect van koolstofvastlegging, d.w.z. de absorptie en opslag van koolstof buiten de atmosfeer. Koolstofopslag vindt plaats in bomen en de bodem, maar ook in houtproducten. Een koolstofput is een systeem dat meer koolstof absorbeert dan het uitstoot.
Bron : brochure "Questions-réponses bois-énergie", auteurs: Syndicat des énergies renouvelables et France Bois Forêt.